Vogels

Hoe determineer ik
vogels?  Dit leer je door te kijken, te
observeren en te leren. Belangrijke kenmerken zijn de grootte, de
vleugelspanwijdte, de vorm, de kleuren en patronen en vooral de vlucht.  Het herkennen van de vliegwijze en de zang
zijn belangrijke factoren.  Eens je dit
onder de knie hebt, ben je al een heel eind weg. 

Per pagina wordt een vogel
voorgesteld en de lay-out is steeds dezelfde. In de linker- of rechterhoek
staat er een foto van het diertje.  Een
grotere getekende weergave vind je in het midden van de pagina met eromheen
heel wat tekstbalken.  Er is informatie
over de Nederlandse- en de wetenschappelijke naam, het trekgedrag, het
leefgebied, het vluchtbeeld, een verspreidingskaart, het silhouet en het
stemgeluid.  Even belangrijk zijn ook de
gegevens over de grootte, de variatie in het verenkleed, de vergelijkbare
soorten en de observatietips.  Zo lees
bijvoorbeeld hoe het komt dat het roodborstje dat in de zomer in je tuin te
vinden is niet hetzelfde is als zijn soortgenoot die in de winter naar je
voederbakje huppelt. Of waarom een winterkoninkje meerdere nesten bouwt.  Of op welke wijze de ijseend zijn balts
uitoefent.  Een aandachtspunt zijn de
uilen.  Er zijn dertien Europese uilen, maar
de Oeraluil ontbreekt in dit overzicht. 

Deze uitstekende uitgave is ontstaan in
samenwerking met Vogelbescherming Nederland.